dinsdag 14 oktober 2014

De levende Jezus ... voor dode godsdienst!

"Een zondag ging ik naar de kerk"
"Ik voelde mij hopeloos"
"Ja... ik was bijna opstandig"

"Er was strijd in mijn hart"
"Die strijd was niet vol te houden: ondraaglijk"

"Ik was zo diep ongelukkig"
"Ik haakte bijna af"
"Er moest iets gebeuren om dat te voorkomen" 

"Dr. Stanley Jones was de prediker"
"Terwijl hij deze tekst las, protesteerde mijn hart"
"Want wie zijn leven zal willen behouden, die zal het verliezen; maar wie zijn leven zal verliezen om Mij, die zal het vinden".

Mijn hart schreeuwde het uit: 
"O nee, dat niet!"
"Ik wil mijn leven niet verliezen!".
"Ik wil leven!"
"Ik wil blijdschap en mooie dingen en vrienden!"
"Ik wil vrolijkheid en populariteit en een fijne tijd!"
"Ik wil leven!" 

Zo zat ik in de kerk die morgen... maar zo was het niet begonnen. 

Ik ben geboren en getogen in een zendingsfamilie, waarin geestelijke waarden hoger werden aangeslagen dan andere dingen, en mijn geloof bleef onaangetast totdat ik in Amerika ging studeren. Daar werd ik aangevallen door vele twijfels. Mijn geloof leek onwankelbaar. Mijn ouders leefden voor God en voelden zich geborgen in Zijn liefde en trouw, maar dat had niets met mij te maken; ik moest het leven proeven; ik moest het zelf uitvinden.

Buitenkant....
Nadat ik afgestudeerd was, wilde ik alleen maar terug naar India. Ik vond het fijn daar. Ik hield van de bergen, de mensen, en het gelukkige leven dat ik altijd had gekend. Ik wilde schrijven. Ik zou reizen, ik zou leven! Maar in India ging er iets mis, erg mis. Vergaderingen, conferenties, retraites, gebedsbijeenkomsten – ik stond ermee op en ging ermee naar bed. Ik moest les geven op de zondagsschool, een jongerengroep leiden, naar de kerk gaan, getuigenissen geven, mensen opvangen die het moeilijk hadden. Hier had ik niet op gerekend. Ik kreeg het voor elkaar om een tijdje voort te sukkelen, omdat ik de techniek wel onder de knie had. 

Verborgen verlangens...
Maar wat aanvankelijk leeg en betekenisloos was, veranderde in bitterheid en vulde mij met minachting en rebellie… Toen realiseerde ik me dat alles wat ik werkelijk wilde, buiten mijn bereik lag. Ik wilde lol; ik wilde op mijn eigen manier een fijne tijd hebben. Ik hoorde het orkest in de club dansmuziek spelen en golven van ellende overspoelden mij. Dát was wat ik wilde, en als zendeling was ik daarvan buitengesloten. Wat een onbuigzaam en saai leven werd mij opgelegd! Op de taalschool ontmoette ik vele voortreffelijke jonge mensen, die ik bewonderde, maar ze leken allemaal zo zeker van hun roeping; hun geloof had echt betekenis voor hen. Ik had in mijn hart medelijden met hen, omdat ze zo eenvoudig waren – of was ik jaloers op hen? 
Toen realiseerde ik me dat alles wat ik werkelijk wilde, buiten mijn bereik lag. Ik wilde lol; ik wilde op mijn eigen manier een fijne tijd hebben. Ik hoorde het orkest in de club dansmuziek spelen en golven van ellende overspoelden mij. Dát was wat ik wilde, en als zendeling was ik daarvan buitengesloten. Wat een onbuigzaam en saai leven werd mij opgelegd!
Dé ondraaglijke strijd van binnen....
Eén zondag ging ik naar de kerk met een hopeloze, bijna opstandige houding en werd de strijd in mijn hart bijna ondraaglijk. 

Ik was zo ongelukkig, dat er íets moest gebeuren om mij niet af te laten haken. Dr. Stanley Jones was de prediker. 
Hij las deze tekst uit Mattheus 16 vers 25: "Want wie zijn leven zal willen behouden, die zal het verliezen; maar wie zijn leven zal verliezen om Mij, die zal het vinden"
Ik werd overspoeld door een golf van droefenis, die me de adem leek te benemen. 
Hoe oneerlijk, hoe wreed, hoe vreemd om me te vragen het leven op te geven op het moment dat dát het enige was waar ik naar verlangde – het leven met haar muziek, haar kleuren, haar vreugde!

Mijn leven opgeven? Nee... of toch?
Ik luisterde naar de preek. 
Stap voor stap werd de weg uitgelegd; de logica was onweerlegbaar; de paradox leek niet te beantwoorden, zo gekmakend overtuigend, en toch was ik niet bereid om het te accepteren. 
Het was voor mij onmogelijk om mijn leven op te geven, ongeacht wat ik ermee kon winnen. 

Toen werd het laatste lied aangekondigd: 'When I survey the wondrous cross'. Mijn ogen gingen over de tekst. 
Ik werd overvallen door een soort paniek. 
Er kwam een zin aan die ik niet kon zingen. 
Niets zou me dat kunnen laten zingen – ik zou doodgaan als ik dát zou moeten zingen. 
Het tweede couplet begon; de eerste regel, daarna de tweede regel – het kwam dichterbij; wat moest ik doen? Hoe kon ik alles opgeven? 


"De leegte trekt en Uw volheid wenkt! O God, wat moet ik doen?"

Het was teveel gevraagd. 
In mijn hart riep ik uit: 'O God, wat moet ik doen?'
Het was niet uit eigen kracht dat ik toch, onhoorbaar, kon zingen: 'Alle ijdelheden die mij het meest bekoren, offer ik aan Zijn bloed'. 

Het was gebeurd! 
Alles was verdwenen. 
Op dat moment leek het leven verlost te zijn van alles. 
Het was een absolute leegte. 
Er was niets van over. 
Maar op dat moment, bijna tegelijkertijd, kwam er een overweldigend gevoel van adembenemende vreugde. 
Het leek erop dat ik van mijn stokje zou gaan, zó groot was de vervulling, de heerlijkheid. 
Christus kwam zelf in mijn hart en overweldigde mij met liefde. 
Het was in één ogenblik duidelijk – dit was het leven, deze overvloed, dit onuitsprekelijke, deze volheid van heerlijkheid.

Ben je ook levenloos en godsdienstig?
Voel je je precies zoals die jonge vrouw uit de jaren '50 van de vorige eeuw?  En leef je

- zoals zij, een christelijk net leven zonder God? 
- zoals zij een kerkelijk leven met Bijbelstudies, vrijwilligerswerk en bidden?
- zoals zij, op de techniek maar diep van binnen verlang je de wereld te dienen?
- zoals zij, met het sterke verlangen om alles maar los te laten?
- zoals zij, innerlijk opstandig dat je je maar niet kunt uitleven?
- zoals zij, en wil je afhaken en ertussen uitknijpen?

Wil je eigenlijk nog wel naar de kerk, naar catechese?  
Is jouw godsdienst leeg, levenloos en dood dus?  
Erger je je soms aan de kinderen van God die zo echt zijn?  
Walg je niet van je eigen vroomheid? 
Wil je niet liever je ambt neerleggen en gedag zeggen en gewoon vrij zijn? 

Wil je niet liever scheiden en in de zonden met die ander gaan leven?  
Wil je niet liever andere kleding dragen en gewoon lekker sexy doen?  
Denk je soms niet... "men moest eens weten?" 
Zou je niet graag uit de band springen... maar voel je je gevangen? 
Zit je zo klem tussen roepstemmen van Gods Geest en de verleidingen van deze tegenwoordige wereld van de boze?
Jezus wenkt...
als de verleidingen je overspoelen en je er onder bezwijkt, 
als de techniek onvoldoende is om dat leven zonder God vast te houden, 
als je de zoete kracht van de verzoekingen je telkens overspoelen,
als je gek wordt van het vechten maar je bijna niet meer kunt,
als je doodmoe bent om alsmaar de schijn op te houden en 
als je diep, diep van binnen weet dat dit leven niet het echte leven is ....

Kom... dan want Jezus wacht!
Kom... dan en maak een einde aan het hopeloze gevecht dat je al verloren hebt!
Kom... dan en hijs de witte vlag en steek je handen omhoog!
Kom... dan naar Christus voor overgave!
Kom... dan en laat je trekken door Gods goedertierenheid Die je lief gehad heeft met een eeuwige liefde!
Kom... dan als je heden Zijn stem hoort, verhardt je niet maar laat je nu leiden!
De leegte van de wereld trekt en zonden lokken... maar U O Jezus Christus wenkt, roept en nodigt! Het verborgen verlangen naar genieten van het leven, samen met vriendinnen en vrienden... echter U O Heilige Geest overtuigt mij van iets oneindigs beters, een nieuw en zacht hart! Verdring niet langer het heimwee naar die eeuwige stad en luister naar de stem van de Vader: Laat je paspoort tekenen en kom thuis!
Achtergrond
Dit indrukwekkende getuigenis is afkomstig van een jonge zendelinge uit India uit de jaren 1950-1960. Steve Gallagher heeft het opgenomen in zijn boek "Staande blijven te midden van de grote afval". Hij gebruikt dit voorbeeld uit het boek 'Conversion' van Stanley Jones om de levenloze en dode kerk en de godsdienstige 'christenen' op te roepen tot echte bekering. Met toestemming van Steve Gallagher heb ik dit getuigenis van de jonge Indiase zendelinge uit zijn boek overgenomen. 

Aanbod
Worstel niet langer zelf de hopeloze wedstrijd maar laat je naar Jezus helpen als dat maar niet lukt. Andreas hielp ook zijn broer Petrus naar Jezus en Fillipus, Nathanaël met "Kom en zie"


Als er ouderen en jongeren zijn die zo'n dubbelleven leven en het lukt maar niet om te breken met zonden en de wereld dan ben ik er om je te helpen. "App" mij gerust op 06-51046981. Mailen kan ook: levendenstromendwater@gmail.com

Gebruik van de afbeelding met toestemming van Ain Vares (www.ainvaresart.com).

Geen opmerkingen:

Een reactie posten